‘Sommige mensen zetten hun cavia in een kooitje naast de televisie. Dat diertje hoort andere frequenties dan wij, het is een vorm van dierenmishandeling.’
We hebben deze quote niet zelf verzonnen. Hij komt van Ciska De Ruyver, onderzoeker verbonden aan de universiteiten van Gent en Namen. Wat we er zelf aan toevoegen: helaas laten sommige mensen andere mensen lijden onder alle soorten geluidsfrequenties. Erger: met lobbywerk en ondoorzichtig abracadabra over decibels wordt de situatie gelegaliseerd.
We kunnen het dus niet hard genoeg van de daken schreeuwen: wie in de omgeving van de geplande industriezone Menen West woont, weze gewaarschuwd.
Maar we lopen nu op de zaken vooruit. We moeten het hebben over onze bevraging over geluidsoverlast veroorzaakt door de fabrieken in de vervuilende industriezone Grensland te Menen.
Doorheen de talrijke reactie kunnen we nu al enige tendensen opmerken. Allereerst is er een verschil tussen de nieuwe buren en zij die hier al langere tijd wonen. De nieuwkomers verbazen zich over wat hier getolereerd wordt. Ze stellen zich doorgaans strijdvaardiger op dan de anciens, die duidelijk met moedeloosheid kampen: er is al zoveel geprobeerd, ze zijn al zoveel afscheept. De nieuwkomers wijzen ons op een dreigend gehoorverlies voor sommige tonen, zeker door het lawaai dat overdag klinkt. Mensen met kennis van zaken melden ons dat haast ongemerkt de concentratie en het mentaal welzijn wordt aangetast. Iemand schrijft dat er ‘in de omgeving geen grote musici meer zullen opgroeien’.
Ook zien we in de reacties veel onzekerheid: mensen twijfelen aan zichzelf. Zijn ze niet al te gefixeerd op het geluid? Zijn ze niet te lichtgevoelig? Klagen ze te snel? Lijden ze misschien zelf aan een soort kwaal? (Tinnitus of hoge bloeddruk worden aangehaald.) Hen kunnen we gerust stellen; momenteel beschikken zowel de overheid als wijzelf over voldoende objectieve metingen om er zeker van te zijn het geluidsprobleem reëel is, en van buitenaf komt. U bent niet alleen.
We zien drie grote categorieën klachten opduiken. Twee doorgaans aangehaald door dichte buurtbewoners, de derde eerder van veraf.
Bij nacht
Allereerst is daar de groep opmerkingen over het nachtelijk gezoem, dat door anderen eerder geïnterpreteerd wordt als een diep gerommel. De beschrijving sluit aan bij wat we al behandelden in ons bericht over laagfrequent geluid.
Sommige mensen stellen dat het goed hoorbaar wordt wanneer ze zich rustig te bed leggen.
We heetten dat laagtonig gezoem ‘het geluid van vier uur’. Buurtbewoners melden dat het tijdstip niet zo vast staat als we dachten. Er komen meldingen van halfzes, of zelfs halfvier. Het rare is dat niet alleen het tijdstip maar ook de aard verandert. Heeft dit iets te maken met het in gang zetten van machines, het bijgestuurde productieproces of de windrichting? Het laagtonig gezoem is onmogelijk duidelijk te lokaliseren. Het komt overeen met wat de artsenvereniging Domus Medica beschrijft in haar artikel over laagfrequent geluid (LFG). Klik hieronder om het te lezen.
De conclusie van de artsenvereniging is weinig bemoedigend:
Zelfs indien met metingen kan worden aangetoond dat laagfrequent geluid (LFG) aan de basis ligt van de klachten, is het de vraag of de bron kan gevonden worden. Het is vaak heel moeilijk om de oorzakelijke bron te vinden. Bovendien kan zelfs een geïdentificeerde bron niet altijd aangepakt worden. Er zijn immers geen wettelijke normen voor LFG in Vlaanderen.
Dus beste mensen: voorkomen is beter dan achteraf op de blaren te zitten. Hoe verder de ventilatoren, motoren en transformatoren van uw huis gelegen zijn, hoe beter.
Overdag
Op nummer twee van de klachten komt het aanhoudend gezoem/gefluit/gebrom overdag. ‘Overdag’ is een relatief begrip voor de bedrijven op de vervuilende industriezone Grensland te Menen. Men schiet soms al aan de gang om zes uur in de morgen. Soms draaien ventilatoren al van bij het krieken van de dag.
Hoewel de overlast van dit ‘dagprobleem’ zich ook onregelmatig aandient, kan de veroorzaker makkelijk worden opgespoord. Mits voldoende wil om de koe bij de hoorns te vatten.
Het laatste geluidsonderzoek door de inspectiediensten is, voor zover ons bekend, jarenlang geleden gebeurd. Voor het overige worden de bedrijven uitgenodigd om zichzelf te controleren.
Tenslotte zijn daar de piekgeluiden. De klachten hierover komen door de band van van verder afgelegen plekken.
Grensland binnen afzienbare tijd een model-bedrijvenzone?
Zoals we al in onze post van 24 december aanhaalden, spant de provinciale overheid zich in om de de bedrijfsleiders op de vervuilende industriezone Grensland te Menen enig zelfrespect bij te brengen. Op die wijze hoopt men de vervuilende pest maatschappelijk een beetje acceptabel te maken. Daarvoor wordt subsidiegeld vrijgemaakt en publiciteit betaald. Hoog gegrepen (lees: holle) woorden worden in de mond genomen: ‘Grensland wordt een voorbeeld van duurzaamheid’. ‘Een pilootproject voor de circulaire economie.’ ‘Er zijn dit jaar geen stoute kinderen.’ Sinterklaas spelen is makkelijker dan de zwartepiet te zijn. (Sorry, de kleurenpiet).
Wie nog niet kan gaan, moet nog niet lopen. Maak dat eerst de elementairste beleefdheid onder buren in acht wordt genomen. ‘Hier wordt alleen aan geld gedacht,’ liet een bedrijfsleider zich ooit op een onverwacht moment ontvallen.
Stuur uw ervaringen en bemerkingen over lawaai uit de vervuilende industriezone Grensland te Menen verder naar ons e-mail adres: grenslandlawaai@telenet.be