‘Wij van WC-eend adviseren WC-eend’
- door : V.M.
- Categorie : Menen West
Heel soms staat er in onze krant een interessant artikel. Zoals vorige weekeind, over een van beste verkoopsslogans allertijden. Die hebt u in de titel hierboven gelezen. We citeren de journalist: ‘Reeds 93.000 keer is het filmpje op You Tube bekeken. Niet alleen onder de reclamemakers maar ook bij het brede publiek…’
Het ziet er grappig uit maar vergis u niet, de kwestie is van groot belang. ‘In welke mate komt een beoordeling onafhankelijk tot stand ?’ Daar gaat er over.
Onmiddellijk gaan onze gedachten naar de plannen voor de vervuilende industriezone Menen West. De Provincie betaalde studies over de noodzaak van een nieuwe zone in Menen en hoestte ook de centen op voor een milieueffectenrapport. Ze huurde Nederlanders in. Ze zette eigen ambtenaren aan het werk om de plannen uit te werken en aan de man te brengen.
Andere studies, meningen van deskundige autoriteiten of maatschappelijke evoluties die in tegenspraak zijn, worden genegeerd of onder de mat geveegd. De mat reikt al tot aan de stoelsporten.
Een nieuwe fase van de ‘WC-eend tactiek’ komt eraan. De Provincie zal ons deze maand door haar PR-dienst laten informeren over haar plannen. Ze is zelfs zo goed om uw opmerkingen te verzamelen, te bundelen, samen te vatten en aan provinciale (gepolitiseerde) commissies voor te leggen. Ze zal eigenhandig de besluiten schrijven. Wat een service. Die besluiten staan evenwel nu al vast: ‘Wij van WC-eend adviseren WC-eend.’
Om wat evenwicht in de zaak te brengen geven wij hier drie bemerkingen die we mochten ontvangen en u niet willen onthouden. U zult ze niet aantreffen in de reclame van de Provincie.
De heer P. uit W. betwijfelt of de beloftes voor groen zullen worden nagekomen: ‘Ze hebben géén zicht op wat hier juist gaat gebeuren… Ok, men gaat wel eerst al wat natuur is verwijderen… Tegen 2019 moesten de eerste 50 hectaren natuur verwezenlijkt zijn in de Lage Meersen. Er is nog géén vierkante centimeter gerealiseerd ! Ze zijn wel al bezig met de industrie in Wervik en de brug die ligt er al terwijl volgens het project deze maar konden gerealiseerd worden NA het natuurherstel.’
Mevrouw M. uit G. is blijkbaar thuis in de administratie van de Provincie. Ze wijst op een delicate tegenspraak: ‘In de bouwvoorschriften voor Menen West staat dat het onderscheid tussen regionale en lokale bedrijven enkel bestaat in de oppervlakte van de bedrijven. In het algemeen ruimtelijk structuurplan staat wat anders: daar staat wel degelijk dat een lokaal bedrijf een bedrijf zonder milieubelastend karakter is. Een regionaal bedrijf wordt gezien als een type dat milieubelastend mag zijn (blz.70). Wat is het nu? Er worden minimaal 20 procent regionale bedrijven voorzien. Misschien had men beter een maximum aangeduid. Zo zouden de mensen weten waar ze aan toe zijn.‘
Mevrouw M. uit G. wijst erop dat de Bloemenwijk gebufferd wordt, maar de Voorhoek in Geluwe niet. De verkeerslichten en de dubbele rijvakken zullen volgens haar ernstige overlast bezorgen. Ze is duidelijk van het groene type want ze schrijft verder: ‘De files kun je niet oplossen door meer beton maar wel door een duurzame mobiliteit.’
Tenslotte heeft de heer V uit M. nog een anekdote. ‘Toen de ruimtelijke planners van de Provincie in het wijkcentrum een uiteenzetting kwamen geven over Menen West, nodigden wij een van de belangrijkste delegatieleden uit om samen dertig meter verder, op de brug over de spoorweg, te gaan luisteren naar de geluidsoverlast van de bestaande industriezone. Hij ging niet in op die vraag. Zijn permanente aanwezigheid in het wijkcentrum was nodig. Ook na de bijeenkomst was er geen tijd. Het hokjesdenken (wij plannen alleen maar, de handhaving en het management is de verantwoordelijkheid van anderen) en het idee dat stedenbouwkundige voorschriften heilig en/of effectief zullen zijn, hebben de bewoonbaarheid van de omgeving al veel kwaad gedaan.‘
In het krantenartikel waarmee we dit stukje begonnen, staat: ‘Wie het beleid van zijn of haar werkgever in een gunstig daglicht stelt, kan meer kans hebben op promotie. Dat werd onderzocht. En ja hoor, schrijvers van gunstige rapporten klommen sneller de hiërarchische ladder op.’
U ziet maar beste lezer, dat u bij de beoordeling over Menen West verder zult moeten kijken dan de WC-eend verhaaltjes waarmee men zal afkomen.